Sci-Fly: Gebruik van partydrugs onder Nederlandse studenten

Nederlandse jongeren vinden het steeds normaler om partydrugs te gebruiken wanneer ze uitgaan. Er zijn snelle ontwikkelingen in het drugsgebruik tijdens het uitgaansleven met recentelijk toenames in het gebruik van GHB, ecstasy en nieuwe psychoactieve middelen. Onderzoek toont aan dat 61% van de Nederlanders onder de 35 jaar, die regelmatig clubs of festivals bezoekt, tenminste 1 keer in het afgelopen jaar ecstasy heeft gebruikt.

Partydrugs is een verzamelnaam voor verschillende drugs die worden gebruikt tijdens het uitgaan en omvatten stimulantia (ecstasy, cocaïne, amfetaminen en nieuwe psychoactieve middelen) en sedativa (GHB en ketamine). Deze partydrugs kunnen kortdurende acute gevolgen hebben, zoals coma en ademhalingsproblemen, maar ook langdurige gevolgen, zoals psychologische klachten en neurotoxische effecten. Tot op heden is er weinig onderzoek gedaan naar de prevalentie van het partydrugsgebruik, psychosociale voorspellers en nadelige effecten in Nederland. Dit benadrukt de relevantie om meer kennis te verwerven over het partydrugsgebruik, de voorspellers en nadelige gevolgen van het gebruik. De doelgroep in dit onderzoek zijn studenten, aangezien zij naar festivals en clubs gaan en daardoor een risicogroep vormen voor het gebruik van deze partydrugs.

KERN
Uit het onderzoek blijkt dat 23% van de studenten tenminste 1 keer partydrugs gebruikt heeft gedurende hun leven. Milde gezondheids- en psychosociale problemen als gevolg van partydrugsgebruik kwam bij 65% van de gebruikers voor, echter serieuze problemen kwamen zelden voor.

Wat betreft de voorspellers van partydrugsgebruik voor ooit en regelmatig gebruik (in de afgelopen 12 maanden 2 keer of meer), bleken verschillende factoren belangrijk te zijn. Sociale normen en geslacht (mannen) waren voorspellers om partydrugs te gaan gebruiken. Wat betreft het regelmatig gebruik van partydrugs, bleken sociale normen van vrienden en lage motivatie om te voldoen aan ouderlijke normen voorspellers te zijn.

De resultaten van dit onderzoek geven aan dat preventieve programma’s en interventies om partydrugsgebruik te voorkomen en te verminderen effectief kunnen zijn wanneer de focus in deze programma’s ligt op sociale normen. Bovendien moeten deze programma’s gericht worden op studenten die veel uitgaan en die weinig ouderlijke invloed ervaren, omdat dit een risicogroep blijkt te zijn voor het gebruik van partydrugs.

ONDERZOEKSMETHODE
Er werd onderzocht wat de prevalentie is van partydrugsgebruik en welke gezondheids- en psychosociale problemen geassocieerd zijn met partydrugsgebruik. Daarnaast werd er ook onderzocht welke sociale- en psychologische factoren voorspellend zijn voor het ooit en regelmatig gebruiken van partydrugs onder Nederlandse studenten. Om dit te onderzoeken werd een online vragenlijst verspreid onder studenten van de universiteit Leiden. Deze vragenlijst omvatte vragen over demografische gegevens, sociale aspecten, partydrugsgebruik, partydrugs gerelateerde problemen en persoonlijkheid. In totaal vulde 448 studenten de vragenlijst in. De gemiddelde leeftijd was 21,9 jaar en de studenten waren afkomstig van verschillende faculteiten.

VONDSTEN

prevalentie middelengebruik

De onderzoekers rapporteren de volgende bevindingen:

  • Wat is de prevalentie van drugsgebruik en wat zijn gerelateerde gezondheids- en psychosociale problemen?
    • In bovenstaande figuur zijn de prevalenties van gebruik van alcohol, cannabis en verschillende partydrugs weergegeven die studenten ooit in het leven hebben gebruikt. In totaal had 23% van de studenten ooit in het leven drugs gebruikt en 14.6% van de studenten had tenminste 2 keer partydrugs gebruikt in de afgelopen 12 maanden.
    • In 65% van de gevallen, wanneer studenten drugs hadden gebruikt, gaven ze aan milde gezondheids- en psychosociale problemen te ervaren, zoals onwel voelen of gênante dingen doen. Serieuze problemen als gevolg van partydrugsgebruik, zoals naar het ziekenhuis gaan, waren zeldzaam. Daarentegen zijn de hoge aantallen waar meerdere drugs tegelijk werden gebruikt (31.4%) en het rijden onder invloed van partydrugs (6.9%) alarmerend.
  • Welke psychologische en sociale factoren zijn geassocieerd met het gebruik van partydrugs ooit in het leven?
    • Factoren die van invloed waren met het ooit in het leven partydrugs gebruiken zijn: geslacht (mannen meer kans), hogere maandelijkse alcoholconsumptie, op zichzelf wonend, leden van studentenverenigingen, ouders en vrienden die mild staan tegenover partydrugs, verhoogde extraversie en verhoogde impulsiviteit. Anderzijds bleken neuroticisme, het willen voldoen aan de verwachting van ouders, en nauwgezetheid voorspellers voor een kleinere kans op het gebruik van partydrugs.
  • Welke psychologische en sociale factoren zijn geassocieerd met regelmatig partydrugsgebruik (2 keer of meer per jaar)?
    • Alleen sociale normen van vrienden bleken voorspellers te zijn voor regelmatig partydrugsgebruik. Het voldoen aan de verwachting van ouders was een voorspeller van minder regelmatig partydrugsgebruik.

DETAILS
Kunst, L. E. & Gebhardt, W. A. (2018). Prevalence and Psychosocial Correlates of Party-Drug Use and Associated Problems among University Students in the Netherlands. Substance Use & Misuse, 0, 1-12. DOI: 10.1080/10826084.2018.1455700

Geschreven door Anna Boormans, research master studente Behavioural Science Institute, Radboud Universiteit 

Leave a comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *