Month: April 2016

Alcohol & studenten + gezondheidsgevolgen = korte online alcohol interventie

Alcohol en studenten: het wordt vaak 1 op 1 met elkaar in verband gebracht. Niet onterecht, aangezien een groot deel van de Nederlandse studenten te veel en te vaak alcohol drinkt. Studenten drinken meer alcohol dan leeftijdsgenoten die niet studeren door de toenemende vrijheid en verminderde controle van ouders gedurende de overgang van de middelbare school naar de universiteit [1]. Zo drinken studenten gemiddeld 16 glazen alcohol per week, terwijl hun niet-studerende leeftijdsgenoten gemiddeld 10 glazen per week drinken. Leden van studentenverenigingen drinken nog meer, gemiddeld 23 glazen per week, mede doordat de drank binnen verenigingen goedkoop is [2].

watdrinkjij.nl

Overmatig alcoholgebruik kan schadelijke gezondheidsgevolgen hebben, zowel op korte termijn (acute aandoeningen en verwondingen, zoals alcoholvergiftiging) als op lange termijn (chronische aandoeningen, zoals kanker). Ook kan het leiden tot verminderende studieprestaties en problemen in sociale relaties [3]. Daarnaast geldt: hoe hoger het alcoholgebruik, des te groter het risico op schade en hoe meer alcohol er per keer wordt gedronken, des te ernstiger de schade. Genoeg redenen om een interventie – een doelbewuste ingreep om een bepaald soort gedrag bij een bepaalde groep te verbeteren – te ontwikkelen om het overmatig alcoholgebruik bij studenten te verminderen.

Een korte online alcoholinterventie (‘web-based brief alcohol intervention’) is een veelbelovende vorm van interventie om overmatig alcoholgebruik bij studenten te verminderen [4]. Dit type interventie is een zelfhulpprogramma waar de gebruiker persoonlijke feedback ontvangt op basis van antwoorden op een screeningtest. De persoonlijke feedback omvat vaak een persoonlijk drinkprofiel en risico’s van overmatig alcoholgebruik (‘Wist je dat je 520 glazen alcohol in het afgelopen jaar hebt gedronken en 1300 euro hieraan hebt uitgegeven? Met jouw alcoholgebruik loop je duidelijke gezondheidsrisico’s op, aangezien alcohol op jouw leeftijd schadelijker is dan op middelbare leeftijd.’). Daarnaast omvat de persoonlijke feedback normatieve vergelijkingen waarin het alcoholgebruik van de gebruiker wordt vergeleken met de algemene bevolking of met een aanbeveling voor laagrisico drinken. Het doel hiervan is om de gebruiker bewust te laten worden van het eigen risicogedrag en om hem/haar te motiveren om het eigen gedrag aan te passen. Een korte online alcoholinterventie heeft veel voordelen in vergelijking met een traditionele ‘face-to-face’ interventie tussen behandelaar en cliënt. Zo is dit type interventie door zijn online karakter altijd beschikbaar. Ook wordt de anonimiteit van de gebruiker gewaarborgd. Daarnaast zijn korte online alcohol interventies kosteneffectief, aangezien ze relatief goedkoop zijn om te ontwikkelen en kunnen leiden tot aanzienlijke gezondheidswinst [5].

Nieuwsgierig geworden naar korte online alcoholinterventies? Check www.watdrinkjij.nl,vul de screeningtest in en ontvang een persoonlijk drink advies!

Dit bericht is geschreven door dr. C.V.Voogt, Radboud Universiteit.

 

Referenties

  1. Borsari, B., J.G. Murphy, and N.P. Barnett, Predictors of alcohol use during the first year of college: Implications for prevention. Addictive Behaviors, 2007. 32(10): p. 2062-2086.
  2. Maalsté, N., Ad Fundum! Een blik in de gevarieerde drinkcultuur van het Nederlandse studentenleven. 2000, Utrecht, Nederland: Centrum Verslavings Onderzoek (CVO).
  3. Hingson, R.W., W. Zha, and E.R. Weitzman, Magnitude of and trends in alcohol-related mortality and morbidity among U.S. college students ages 18-24, 1998-2005. Journal of Studies on Alcohol and Drugs, 2009(Supplement 16): p. 12-20.
  4. Kypri, K., et al., Web-based alcohol intervention for Maori university students: Double-blind, multi-site randomized controlled trial. Addiction, 2013. 108(2): p. 331-338.
  5. Riper, H., et al., Curbing problem drinking with personalized-feedback interventions: A meta-analysis. American Journal of Preventive Medicine, 2009. 36(3): p. 247-255.

Sigaretten & koffie: een fatale combinatie?

Kan jij de dag niet doorkomen zonder een paar (of meer) koppen koffie? Dan heb je misschien meer kans om verslaafd te raken aan nicotine. Uit wetenschappelijk onderzoek wisten we al dat ons gedrag door genetische factoren wordt beïnvloed (het DNA waar je mee geboren wordt). Vrijwel elke eigenschap, van gewicht tot psychologische problemen, wordt voor een deel bepaald door je genen1. Dit geldt ook voor verslavend gedrag, zoals het roken van sigaretten of het drinken van veel koffie met cafeïne. Nieuw onderzoek laat nu zien dat de genetische risicofactoren voor deze twee verslavingen voor een deel dezelfde zijn.

fatal-attraction

Bron: http://www.designer-daily.com/fatal-attraction-5987

Wereldwijd zijn nicotine en cafeïne de meest gebruikte stimulerende middelen. Rokers consumeren meer cafeïne dan mensen die niet roken of mensen die gestopt zijn met roken2. Misschien is dit jou wel eens opgevallen in jouw directe omgeving. De vraag is: hoe komt dit? Het was al bekend dat verschillen tussen mensen in het beginnen met roken voor 44% door genetische factoren worden bepaald en de mate waarin iemand daarna verslaafd raakt aan sigaretten voor 75%3. In mijn promotie onderzoek vond ik dat het drinken van veel cafeïne (meer dan 5 ♀ of 6 ♂ koppen koffie per dag) voor zo’n 50% genetisch bepaald is. Nog opvallender was dat een groot deel van de genen die het risico op roken verhogen, ook het risico om veel cafeïne te gebruiken verhogen4.

We weten nog niet welke genen precies verantwoordelijk zijn voor dit hogere risico op roken én cafeïnegebruik. Voor de hand liggende kandidaten zijn genen die te maken hebben met het beloningssysteem in de hersenen. Dit beloningssysteem is ontwikkeld om je een goed gevoel te geven wanneer je een gedrag vertoont dat goed voor je is. Het treedt bijvoorbeeld in werking wanneer je eet, wat logisch is, aangezien je voedsel nodig hebt om te overleven. Verslavende middelen zoals nicotine en cafeïne activeren dit systeem echter ook. Hierdoor zullen mensen ze telkens weer willen gebruiken en zullen sommige mensen er verslaafd aan raken. De één zal hier genetisch gezien gevoeliger voor zijn dan de ander.

Dit alles betekent natuurlijk niet dat je zelf geen invloed hebt op je gedrag. Allereerst kun je er altijd voor kiezen om niet met een bepaald verslavend gedrag, zoals roken, te beginnen. En, alhoewel het lastig is (zie vorige blog van dr. M. Luijten), het is zeker mogelijk om ook weer te stoppen, ongeacht je genetische risico op verslaving. Zo heb je ook je cafeïnegebruik zelf in de hand. Alhoewel mijn promotieonderzoek mij 4 jaar lang heel wat energie heeft gekost, heb ik dit zonder koffie en de bijbehorende cafeïneboost gedaan. Dit was eigenlijk geen weloverwogen keuze, maar gewoon omdat ik koffie vies vind. Maar ik rook dan ook geen sigaretten, dus die risicogenen voor verslavend gedrag zullen bij mij wel meevallen!

Deze blog is geschreven door dr. J. Treur, Radboud Universiteit

Referenties

  1. Polderman TJC et al. (2015). Meta-analysis of the heritability of human traits based on fifty years of twin studies. Nature Genetics, 47(7):702-709.
  2. Treur JL et al. (2016). Associations between smoking and caffeine consumption in two European cohorts. Addiction,
  3. Vink JM et al. (2005). Heritability of smoking initiation and nicotine dependence. Behavior Genetics, 35(4):397-406.
  4. Treur JL et al. (2016). Smoking and caffeine consumption: a genetic analysis of their association. Addiction Biology,

Jongeren & stoppen met roken: Je kat als motivatie?

Wat hebben de Grammy awards en stoppen met roken bij jongeren met elkaar te maken? De link lijkt ver gezocht, maar is wel degelijk aanwezig. The Truth is een grootschalige mediacampagne in de VS die streeft naar een nieuwe rook vrije generatie. De Alliantie Nederland Rookvrij, het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport, en vele anderen hebben hetzelfde doel voor jongeren in Nederland. The Truth staat bekend vanwege de originele insteek om het imago van roken te veranderen. Dit keer hebben ze een wel heel bijzondere campagne. In een filmpje dat na de Grammy awards uitgezonden werd, werd de boodschap verkondigd “als je rookt, heeft je kat meer kans op kanker, dus stop met roken!”. Een heldere boodschap, die misschien bijdraagt aan een slechter imago van roken onder jongeren, maar zal het filmpje ook helpen verslaafde jongeren te laten stoppen met roken?

Screen Shot 2016-04-01 at 09.21.50

Snapshot Truth Kattenfilmpje

Uit wetenschappelijke studies blijkt helaas dat stoppen met roken niet makkelijk is. Cijfers dat een jaar na een stoppoging zo’n 85% van de rokers weer rookt1. Dit hoge percentage terugvallers geeft aan dat stoppen met roken een lastig proces is. Voor volwassenen zijn er verschillende methoden om de kans op een succesvolle stoppoging te verhogen, zoals ondersteuning door gezondheidsmedewerkers, medicatie en nicotinepleisters. Voor jongeren is de realiteit helaas anders. Eerder onderzoek heeft bijvoorbeeld aangetoond dat nicotine pleisters niet werken voor jongeren2. Met medicatie is men voorzichtig in een nog ontwikkelend brein. Er is in Nederland nog geen wetenschappelijk bewezen methode beschikbaar ter ondersteuning van het stoppen met roken bij jongeren. Hier wordt wel hard aan gewerkt, onder andere bij het Trimbos Instituut en aan de Radboud Universiteit. De vraag is nu dan ook, waar moeten we rekening mee houden wanneer we jongeren willen helpen te stoppen met roken?

We hebben uit wetenschappelijk onderzoek geleerd dat we bij jongeren rekening moeten houden met de ontwikkelingsfase en dat we ons moeten richten op een combinatie van meerdere factoren die het roken beïnvloeden3. We weten bijvoorbeeld dat sociale processen zoals bijvoorbeeld rokende vrienden een belangrijke rol spelen bij roken onder jongeren. Het vergroten van het zelfvertrouwen en de vaardigheid om weerstand te bieden aan groepsdruk is belangrijk wanneer we jongeren willen helpen te stoppen met roken. Daarnaast is het belangrijk om rekening te houden met ontwenningsverschijnselen kort na het stoppen met roken zoals een veranderend humeur, concentratieproblemen en het verlangen naar een sigaret. We weten ook dat rokers en jongeren gekenmerkt worden door een minder sterk vermogen tot het controleren van impulsen waardoor jongeren uiteindelijk “toch maar een sigaret opsteken”. Op dit moment wordt er aan de Radboud Universiteit onderzoek gedaan naar het gebruik van een video game om deze impulsen beter te leren controleren. Het opnemen van video games in een groter programma voor stoppen met roken bij jongeren zou de motivatie om hulp te accepteren kunnen vergroten. Dat zou al winst zijn, want we weten dat vooral jongeren niet graag hulp zoeken bij het stoppen met roken.

Kortom, we weten al veel over welke factoren betrokken zijn bij roken onder jongeren. Met deze kennis gaan we in de komende jaren stoppen met roken programma’s voor jongeren ontwikkelen en onderzoeken. Tot die tijd zijn we blij met filmpjes waarin katten ingezet worden om het imago van roken te veranderen en de motivatie te stoppen met roken te verhogen. Voor iedereen die zelf rookt, of rokers kent in de omgeving die willen stoppen: Bedenk dat stoppen met roken een leerproces is. Ook wanneer het niet meteen lukt heb je toch wat bereikt als je leert van wat er mis ging. Zet door, en denk aan je kat!

Het filmpje van The Truth heeft ook de aandacht getrokken van de Nederlandse media. Je kan het filmpje bekijken en er meer over lezen via http://www.rtlnieuws.nl/nieuws/opmerkelijk/helpt-dit-kattenfilmpje-jongeren-van-het-roken-af.

 

Deze Blog is geschreven door dr. M.Luijten, Radboud Universiteit

Referenties

  1. International Tobacco Control Policy Evaluation P. ITC Project: Netherlands National Report. The Hague, The Netherlands: STIVORO;2011.
  2. Scherphof CS, van den Eijnden RJ, Engels RC, Vollebergh WA. Long-term efficacy of nicotine replacement therapy for smoking cessation in adolescents: a randomized controlled trial. Drug and alcohol dependence. 2014;140:217-220.
  3. Stanton A, Grimshaw G. Tobacco cessation interventions for young people. The Cochrane database of systematic reviews. 2013;8:CD003289.

WELKOM!

RAD Blog: Blog over Roken, Alcohol & Drugs

Welkom bij RAD Blog, de blog voor iedereen die meer wil weten over Roken, Alcohol en Drugs. Via RAD Blog zal een groep enthousiaste wetenschappers recent onderzoek naar Roken, Alcohol & Drugs op een begrijpelijke manier met jullie delen. We zullen uiteenlopende onderwerpen bespreken. Een aantal voorbeelden zijn: inzichten over stoppen met roken, genetische en omgevingsinvloeden op middelengebruik, de invloed van ouders en de sociale omgeving op alcohol gebruik, de effecten van meeroken bij jongeren, hersenprocessen betrokken bij verslaving, het gebruik van e-sigaretten etc. Onze inspiratie is oneindig.

We schrijven RAD Blog voor iedereen die regelmatig in aanraking komt met middelengebruik of verslaving zoals ouders, leraren, hulpverleners, beleidsmakers etc. Maar eigenlijk schrijven we RAD Blog gewoon voor iedereen, want het grootste deel van de bevolking heeft in meer of mindere mate met dit onderwerp te maken. De meeste mensen drinken bijvoorbeeld zelf alcohol. De kans is ook groot dat je iemand kent die bijvoorbeeld verslaafd is aan sigaretten of wel eens met drugs experimenteert. Wil je dit soort gedrag beter begrijpen? Volg dan RAD Blog!

Je kan automatisch op de hoogte gebracht worden van nieuwe blogs van RAD Blog via onze website www.rad-blog.com. We zijn ook te vinden op twitter (@RAD_Blog) en Facebook (www.facebook.com/RAD-blog-210639902616820/). Daarnaast worden de blogs ook gepost op www.rokersbrein.nl en www.maartjeluijten.nl. Voel je vrij om blogs van RAD Blog te delen via je eigen netwerk. De eerste inhoudelijke blog staat ook al online!

De meeste wetenschappers die schrijven voor RAD Blog hebben een link met de Radboud Universiteit. Onze bloggers zijn:

Maartje Luijten (Radboud Universiteit), Jorien Treur (Radboud Universiteit), Carmen Voogt (Radboud Universiteit & Trimbos Instituut), Joyce Dieleman (Radboud Universiteit & Trimbos Instituut), Martine Groefsema (Radboud Universiteit), Hanneke Scholten (Radboud Universiteit), Jacqueline Vink (Radboud Universiteit), Karin Verweij (Radboud Universiteit & Vrije Universiteit Amsterdam), Koen Smit (Radboud Universiteit & Trimbos Instituut), Roy Otten (Pluryn, Radboud Universiteit & Arizona State University), Joëlle Pasman (Radboud Universiteit) & Marloes Kleinjan (Trimbos Instituut).